NEN 3140 Keuring

Electrical Installation

NEN 3140 is een veiligheidsmaatregel voor veilig werken met elektrische apparaten. In Nederland stellen de overheid (Arbowet) en verzekeraars eisen aan een veilige bedrijfsvoering van elektrische installaties.

Maar hoe weet je als organisatie dat jouw elektrische apparaten veilig zijn? Om dit te waarborgen, voer je periodiek een NEN 3140 keuring en inspecties uit. Maar wat wordt er dan precies gecontroleerd en waar zorgt de NEN 3140 voor? Je ontdekt het op deze pagina!


Wat is een NEN 3140 keuring?

Een NEN 3140 keuring is een periodieke inspectie aan de bestaande elektrische installaties. NEN 3140 is belangrijk in elke professionele omgeving. Door eisen te stellen aan elektrische installaties en apparaten én daarop periodiek te controleren garandeer je veilig werken met elektrische installaties in jouw organisatie.

Keuring van elektrische installaties

In NEN3140 is vastgelegd welke elektrische installaties en apparaten gekeurd moeten worden. Zoals genoemd dient een NEN3140 keuring periodiek uitgevoerd te worden. De interval van de keuring verschilt per elektrische installatie en is afhankelijk van diverse factoren zoals de kwaliteit, leeftijd en omgevingsomstandigheden van de apparatuur. Tijdens de inspectie keuren wij als onafhankelijk specialist de installaties op diverse aspecten gericht op een veilige bedrijfsvoering.

De NEN 3140 inspectie wordt uitgevoerd door een vakbekwaam persoon (een term gedefinieerd in de NEN 3140) met de deskundigheid en ervaring om inspecties uit te voeren.

Na afloop van elke NEN 3140 keuring ontvang je een compleet rapport met de bevindingen. Hieruit kun je opmaken wat de algehele staat is van de elektrische installatie. Dit rapport bevat indien nodig aanbevelingen voor verbetering van de installaties.

Inspectie van arbeidsmiddelen

Lees hier meer over de inspectie van arbeidsmiddelen. Inspecteurs van AREPA Inspexx inspecteren elektrische arbeidsmiddelen, verplaatsbare machines en klimmaterieel. Gegevens van de inspectie worden vastgelegd in de online omgeving "mijn Inspexx", en je hebt direct inzicht in de status van jouw middelen. Lees meer over de inspectie van elektrische installaties.

Een veilige bedrijfsvoering met behulp van een NEN 3140 keuring

De NEN 3140 is een methodiek om aan de gestelde eisen vanuit de overheid en verzekeraars een praktische invulling te geven. Het periodiek laten uitvoeren van een NEN 3140 inspectie kent meerdere voordelen voor jou als werkgever en/of installatie eigenaar:

  • Voorkomt incidenten (bijvoorbeeld brand of letselongevallen of uitval van productie) en de mogelijke schade hiervan
  • Verminderd het risico op onverwachte bedrijfsuitval met omzetderving en productieschade
  • Geeft invulling aan de wettelijke eisen wat betreft zorgplicht voor werknemers en derden

Een inspectie volgens de norm kan dus helpen om de kans op incidenten te voorkomen. Mocht er toch een incident plaatsvinden helpt een regelmatig uitgevoerde inspectie de werkgever en/of gebouweigenaar om aan te tonen dat alle redelijk te nemen maatregelen zijn genomen.

Ontdek onze uitgebreide kennisbank over NEN 3140.

Is NEN 3140 keuring verplicht?

Zoals de meeste normen is de NEN 3140 keuring niet wettelijk verplicht, maar geeft de norm wel de meest praktische invulling aan wettelijke eisen. Als werkgever ben je wél verplicht om een gezonde en veilige werkplek aan te bieden aan werknemers. NEN 3140 helpt bij het aantonen dat jij als werkgever de zorgplicht nakomt en veilige apparatuur faciliteert.

In de NEN 3140 norm staan bijvoorbeeld werkprocedures voor veilig schakelen aan elektrische installaties, een methodiek voor inspecties van de gebouwen en de werkwijze rondom het instrueren en aanwijzen van medewerkers. De norm is een praktisch handvat om bedrijven te helpen met een goede bedrijfsvoering van elektrische installaties en arbeidsmiddelen.

Let op: een SCIOS Scope 8 inspectie kan wel verplicht zijn wanneer je dit in de verzekeringspolis bent overeengekomen met de verzekeraar.

Drie pijlers van de NEN 3140

De NEN 3140 norm gaat niet alleen over inspectie, dit is slechts een onderdeel. De NEN 3140 gaat over het veilig gebruik van elektriciteit voor en door iedereen. Dus voor degene die zich er beroepsmatig mee bezighouden tot de normale gebruiker. De norm is dan ook opgebouwd rondom de volgende pijlers.

  • Instructie & aanwijzingen - het uitvoeren van werkzaamheden door door opgeleide en bevoegde personen.
  • Inspectie & toezicht - inspecties van installaties, machines en arbeidsmiddelen.
  • Beleid & procedures - beleid van de bedrijfsvoering van elektrische installaties en arbeidsmiddelen.

Wil je meer weten over de NEN 3140? Bekijk onze uitgebreide informatie over NEN 3140.

Regelmatig wordt de NEN 3140 geüpdatet. Bijvoorbeeld met versie NEN 3140 + A3:2019 in midden 2019.
Aan de slag als NEN 3140 inspecteur?
Klinkt al het bovenstaande interessant en ben je op zoek naar een nieuwe uitdaging? Dan hebben we misschien wel een geschikte functie voor je! In verband met uitbreiding van het inspectieteam zoeken wij namelijk een (aankomend) expert die op professionele wijze inspectie aan elektrische installaties uitvoert op basis van bovengenoemde NEN 3140. Ontdek onze vacature.

Wat is het verschil tussen NEN 3140 en NEN 1010?

Als jij op zoek bent naar een geschikte keuring voor jouw elektrische installatie ben je ongetwijfeld ook NEN 1010 tegengekomen. Het kan wellicht wat verwarrend overkomen dat beide normen gericht zijn op elektrische installaties. Daarom leggen we graag het verschil tussen NEN 3140 en NEN 1010 uit: 
  • NEN 1010 is gericht op de keuring van nieuwe installaties
  • NEN 3140 is gericht op de keuring van bestaande elektrische installaties

SCIOS Scope 8 PI

De SCIOS Scope 8 PI is gebaseerd op de NEN 3140. Om de kwaliteit van de inspectie te kunnen borgen is een certificatieregeling opgesteld door SCIOS. Een SCIOS scope 8 Periodieke Inspectie wordt uitgevoerd volgens een vaststaand inspectieplan dat is vastgesteld op basis van een risico-inschatting, best-practices en veel ervaring.

Ontdek meer informatie over SCIOS Scope 8 PI




Instructie & aanwijzingen

»

Werkzaamheden behoren te worden uitgevoerd door opgeleide (instructie) en bevoegde (aanwijsbeleid) personen die over voldoende kennis en ervaring beschikken. Op basis van deze voorwaarden behoren zij een schriftelijke aanwijzing te ontvangen door of namens de hoogste arbo-verantwoordelijke in de organisatie.

Vakbekwaam Persoon (VP)

Een persoon aangewezen en met een relevante opleiding en ervaring voor de door hem uit te voeren werkzaamheden waardoor hij in staat is gevaren veroorzaakt door elektriciteit te onderkennen en voorkomen.

Voldoende Onderricht Persoon (VOP)

Een persoon aangewezen en voldoende geïnstrueerd voor specifieke taken, werkzaamheden en het gebruik van elektrische arbeidsmiddelen waardoor hij in staat is gevaren veroorzaakt door elektriciteit te onderkennen en voorkomen.

De verantwoordelijke personen dienen een aanwijzing te ontvangen als Installatie- en/of Werkverantwoordelijke.

Personen zonder geldige aanwijzing zijn leek, en mogen geen werkzaamheden aan of nabij elektrische installaties uitvoeren.

Ook tijdelijke medewerkers, inleners en uitzendkrachten vallen onder de verantwoordelijkheid van de inlenende partij en behoren te worden aangewezen.  Alleen bij volledige uitbesteding van de werkzaamheden is dit een verantwoordelijkheid van de aannemende partij.

Instructie en aanwijzen

In bijlage D van de NEN 3140 is een volledige procedure opgenomen om personen aan te wijzen. In deze procedure zal per persoon worden ingeschat of de elektrotechnische vakkennis, ervaring, inzicht in gevaren en situatie adequaat is om veilig werkzaamheden uit te voeren.

Personen dienen instructie te ontvangen over de elektrische gevaren, NEN 3140 en de bij de organisatie geldende (werk-)procedures. Het is aan te raden om deze instructie te laten aansluiten op de feitelijke werkzaamheden en dit te doen in overleg met de opleider.

De norm eist een perodieke herhaling van de instructie. Voor het bepalen van de instructiefrequentie is bijlage E van de NEN 3140 beschikbaar, waarbij factoren zoals werkomstandigheden, ervaring en toezicht een rol spelen.

Instructie moet aansluiten op de medewerker. Bij medewerkers die de Nederlandse taal niet (voldoende) machtig zijn is het aan te raden om bijvoorbeeld een NEN 3140 training in het Engels te verzorgen.

Zie op deze pagina een vrij te gebruiken voorbeeld van een aanwijsbrief.

Het borgen van het aanwijsbeleid

Het is raadzaam om een opleidingsplan voor de NEN 3140 trainingen op te stellen. Dit kan een onderdeel zijn van een NEN 3130 handboek.

In dit opleidingsplan kan per categorie aan te wijzen personen een instructietermijn worden aangegeven. Onderstaande matrix is een praktisch voorbeeld zoals toegepast bij een voedingsmiddelenfabriek:

Aanwijzing Instructiefrequentie Korte toolbox elektrische veiligheid* Training VOP / VP Training IV / WV
VOP-A jaarlijks x    
VOP-B 2 jaar x x  
VP 2 jaar   x  
IV 3 jaar     x
WV 3 jaar     x

*Deze toolbox is gericht op het bewust maken van personen over de mogelijke elektrische gevaren bij de productiemachines. De aanwijzing VOP-A geeft alleen de bevoegdheid om aan een machine te mogen werken.

Gekoppeld aan het opleidingsplan is verder een overzicht waarin afspraken staan over de werkzaamheden die men met een bepaalde aanwijzing uit mag voeren. Hieronder een gedeelte van deze matrix:

Aanwijzing Procedure 1* Procedure 1* Installaties veilig stellen* Meten aan installaties etc. etc.
VOP-A x        
VOP-B x x      
VP x x x x  
IV x x x x  
WV x x x x  

*Voor deze werkmethoden behoren (onderhouds-) procedures te worden opgesteld die tot doel hebben op een veilige, en voor de aangewezen persoon duidelijke, wijze de werkzaamheden uit te kunnen voeren.

Met bovenstaande informatie kunnen de aanwijzingen van individuele medewerkers nu overzichtelijk in een tabel worden bijgehouden:

Medewerker VOP-A VOP-B VP IV WV
Persoon 01 x        
Persoon 02 x        
Persoon 03     x    
etc. etc.          


Inspectie & toezicht

»

Om de kans op brand, elektrische schok en uitval te verlagen dienen zowel de vaste elektrische installaties als elektrische apparaten periodiek te worden geïnspecteerd door een deskundig persoon of bedrijf.

Het doel van inspecties is het bepalen of elektrische installaties of arbeidsmiddelen voldoen aan de technische voorschriften en veiligheidsvoorschriften, zoals omschreven in de van toepassing zijnde normen.

Nieuwe elektrische installaties moeten worden geïnspecteerd voordat deze in bedrijf worden genomen. Deze opleveringsinspectie staat beschreven in deel 6 van de NEN 1010 (de norm voor elektrotechnische laagspanningsinstallaties in woningen, gebouwen en infrastructuur).

Inspectie volgens NEN 3140

Een volledige NEN 3140 inspectie op elektrische installaties is een gedegen proces op basis van een inspectieplan en uitgevoerd door vakbekwame inspecteurs. De inspectie is een combinatie van visuele schouwingen, metingen en/of beproevingen. Inspecties worden in de regel uitgevoerd aan de hand van specificaties en tekeningen van de elektrische installatie.

Inspectieresultaten behoren in een rapportage te worden opgenomen zodat maatregelen kunnen worden genomen om afwijkingen (enkele voorbeelden) te herstellen. In de rapportage worden verder gegevens over de inspecteur, meetapparatuur en omvang van inspectie / installatie opgenomen.

Voor de periodieke inspecties is geen algemene vaste interval voorgeschreven aangezien er veel verschillen bestaan tussen installaties. De interval is afhankelijk van diverse factoren zoals leeftijd, gebruik en toezicht.

Kwaliteitsborging en SCIOS

De inspectiemarkt in Nederland is open. Het is voor de eigenaar van een installatie erg moeilijk om te bepalen of een inspectiebedrijf (of installateur, of individuele inspecteur) vakbekwaam is. Om grip te krijgen op de kwaliteit bestaat er sinds enkele jaren een systeem van kwaliteitsborging volgens het SCIOS systeem. Binnen dit systeem worden zowel inspecteur als inspectiebedrijf geaudit door een onafhankelijke organisatie.

SCIOS-certificatie is bedoeld voor installatie- en inspectiebedrijven die inspecties uitvoeren aan technische installaties, waaronder elektrische installaties en arbeidsmiddelen. Voor de inspectie van elektrische installaties en arbeidsmiddelen is de SCIOS regeling niet een inspectiemethode op zich, maar een kwaliteitsborging van de eisen uit normen zoals NEN 3140, NEN 1010 en NTA 8220.

  • SCIOS Scope 8: Elektrische Installaties
  • SCIOS Scope 9: Elektrische Arbeidsmiddelen
  • SCIOS Scope 10: Brandveiligheidsinspecties NTA 8220

Wanneer een installatie-eigenaar een bedrijf met SCIOS-certificaat selecteert voor het uitvoeren van inspectiewerkzaamheden heeft het de zekerheid dat de inspectie met betrekking tot de veilige bedrijfsvoering van de installatie voldoet aan de geldende eisen.

Andere inspectiemethodieken

De NEN 3140 inspectie van installaties en machines is een goed doordachte methodiek gericht op veiligheid van personen en installaties. De laatste jaren komen er echter steeds meer afwijkende inspectiemethodieken in zwang. Vaak is hier de gedachte om met 20 procent van de inspectietijd toch nog 80 procent van de risico's op te sporen.

NTA 8220 en SCIOS Scope 10 (brandrisico's)

De Nederlandse Technische Afspraak (NTA) 8220 - Beoordelingsmethode op brandrisico’s van elektrisch materieel is een methodiek die zich puur richt op de brandrisico’s bij elektrische installaties. Het is een doorontwikkeling van de eerdere VIER methodiek. De borging van de kwaliteit is op basis van een certificering (voor bedrijven en inspecteurs) onder de SCIOS methodiek, Scope 10.

Verwachting is dat uiteindelijk de meerderheid van de brandverzekeraars een brandinspectie volgens deze NTA 8220 als voorwaarde stellen.

Een NTA 8220 inspectie is vergelijkbaar met een SCIOS Scope 10 inspecties. Het verschil zit in de inspecteur (bij de SCIOS versie is deze individueel gecertificeerd) en een verplichting bij de SCIOS versie om de inspectie "af te melden" (te registreren) bij Stichting SCIOS.

Thermografie inspecties

Thermografie is een snelle, contactloze meetmethode waarbij men de temperatuur van elektrische installaties en machines zichtbaar kan maken. Thermografie inspecties zijn geen verplichting vanuit NEN 3140 maar worden wel vaak opgenomen in het preventieve onderhoudsschema. Tijdens de inspecties hebben de meeste inspecteurs wel de beschikking over een thermografiecamera om zo nodig steeksproefgewijs opnamen te maken.

Thermografiecamera's zijn uitgerust met een optiek voor infrarood en een detector die de golflengte analyseert. Het resultaat is een thermogram: een visuele weergave van de aanwezige temperaturen.

In elektrische installaties is verhitting vaak een indicator voor aanstaand falen. Bijvoorbeeld door een loszittend contact (overgangsweerstand) of te hoge belasting (te veel apparaten).

NEN 1010 inspecties (nieuwe installaties)

Nieuwe elektrische installaties (en wijzigingen en uitbreidingen van bestaande installaties) moeten worden geïnspecteerd voordat deze in bedrijf worden genomen. Deze opleveringsinspectie NEN 1010 staat beschreven in deel 6 van de NEN 1010 (de norm voor elektrotechnische laagspanningsinstallaties in woningen, gebouwen en infrastructuur).

Keuringen aan arbeidsmiddelen en gereedschappen

Inspecties of keuringen van elektrische arbeidsmiddelen worden uitgevoerd volgens hoofdstuk 5.102 van de NEN 3140. Inspecties zijn een combinatie van:

  • Visuele inspecties
  • Metingen (isolatieweerstand, beschermingsleiding, lekstroom) en / of beproevingen
  • Controle van veiligheidsfuncties zoals noodstopschakelaars en aanrijbeveiligingen

Resultaten van de inspectie worden vastgelegd in een rapportage en de gekeurde middelen worden voorzien van een inspectiesticker.

Veel mensen kennen de keuringen als "VCA keuring", echter de verplichting om arbeidsmiddelen te keuren kom direct uit de Arbowet.



Beleid & procedures

»

Een veilige bedrijfsvoering start met het bepalen van grenzen en het vaststellen van een beleid.

Bedrijfsvoering omvat het gebruik van elektrische installaties en elektrische arbeidsmiddelen bij de arbeid, het onderhoud, de inspectie, het beheer en het werken aan of nabij elektrische installaties. Al deze onderwerpen worden dan ook onderdeel van een beleid.

Vragen die worden gesteld bij het opstellen van een beleid zijn onder andere:

  • Welke installaties en arbeidsmiddelen zijn in beheer bij de organisatie?
  • Welke werkzaamheden voert de organisatie zelf uit of laat de organisatie uitvoeren door derden?
  • Wie is verantwoordelijk voor de “hardware” (de techniek)?
  • Wie is verantwoordelijk voor de “software” (de uitvoerenden)?
  • Zijn er werkzaamheden of handelingen waar speciale werkprocedures voor nodig zijn?

Elke elektrische installatie moet onder verantwoordelijkheid van één persoon worden geplaatst, de Installatieverantwoordelijke (IV). Alle werkzaamheden aan de elektrische installatie behoren tot de verantwoordelijkheid van de Werkverantwoordelijke (WV). De IV en WV zorgen gezamenlijk voor de voorwaarden om een veilige bedrijfsvoering te kunnen voeren.

Handboek NEN 3140

Het beleid kan worden omschreven in een handboek, protocol of een aantal procedures.

De vorm van dit handboek is niet vast omschreven; er zijn organisatie die heel beknopt enkele basisprocedures opnemen in een ISO kwaliteitssysteem maar er zijn ook organisaties die er voor kiezen om hun specifieke implementatie van de NEN 3140 in een losstaand document vast te leggen. Om foute keuzes te voorkomen is onafhankelijke ondersteuning een goed idee.

Uitgangspunt van de vorm van vastlegging moet de vraag zijn; gaan we het in de praktijk toepassen? Een niet helemaal volledig protocol van twee A4-tjes waar iedereen mee uit de voeten kan is misschien wel te prefereren ten opzicht van een document van 100 pagina's waar namen in staan van gepensioneerde ex-collega's..

Onderstaande onderwerpen moeten zeker worden opgenomen in het handboek:

  • Het toepassingsgebied (installaties, arbeidsmiddelen, werkzaamheden).
  • De verantwoordelijke personen (installatie- & werkverantwoordelijke).
  • Protocol inspectie van installaties, machines)en arbeidsmiddelen (wat wel/niet, hoe en hoe vaak).
  • Protocol instructie van personen (wie, hoe en hoe vaak).

Andere onderwerpen die vaak worden opgenomen in het handboek zijn:

  • Het inkoopbeleid rondom arbeidsmiddelen (vaak per afdeling; bijvoorbeeld kantoor, uitvoer, werkplaats).
  • Afspraken wat betreft tekeningenwerk en andere documentatie van installaties en machines.
  • Afspraken wat betreft de minimale eisen aan installaties.
  • Specifieke (werk-) procedures voor bepaalde handelingen (o.a. bij als VOP aangewezen productiemedewerkers in fabrieken).
  • Informatie over 1000V gereedschap en meetmiddelen.
  • Een protocol voor toezicht op installaties, arbeidsmiddelen, werkzaamheden en medewerkers.
  • Afspraken over het werken met buitenfirma's, tijdelijk personeel en inleners.

Werk- & onderhoudsprocedures

Vanuit de NEN 3140 is voor, onder andere, het werken onder spanning een werkmethode voorgeschreven. In deze methode staan eisen aan personeel, persoonlijke beschermingsmiddelen, gereedschap etc.

Bij veel organisaties worden echter ook met regelmaat andere handelingen uitgevoerd. Vaak ook door niet elektrotechnisch onderlegde personen met alleen een beperkte instructie. Denk bijvoorbeeld aan een operator die meerdere malen per week een thermische beveiliging op een productielijn reset. Of een mechanische monteur die metingen in een complexe machine uitvoert..

Voor deze terugkomende werkzaamheden die niet standaard in de norm staan dienen onderhoudsprocedures te worden opgenomen in de bedrijfsdocumentatie (handboek, protocol etc.).

Bij het opstellen van deze procedures is het belangrijk om rekening te houden met de personen die de werkzaamheden uit gaan voeren: een operator zonder elektrotechnische achtergrond zal meer uitleg nodig hebben dan een opgeleide elektromonteur..

Het opstellen van een procedure vereist inzicht in de organisatie en personen; is het nodig om een heel proces te beschrijven in dertig stappen? Of is het genoeg om een simpel flowschema (zie de afbeelding) te maken? Belangrijk is dat de in de procedures beschreven handelwijzen worden gedragen door de aangewezen personen: hier komt instructie bij kijken.



Wetgeving

»

Zoals de meeste normen is de NEN 3140 niet wettelijk verplicht, maar geeft wel de meest praktische invulling aan wettelijke eisen.

In de norm staan bijvoorbeeld werkprocedures voor veilig schakelen aan elektrische installaties, een methodiek voor inspecties van de gebouwen en de werkwijze rondom het instrueren en aanwijzen van medewerkers. Dit zijn alle wettelijke eisen. De norm is dan ook een praktisch handvat om te helpen met een goede bedrijfsvoering van uw elektrische installaties en arbeidsmiddelen.

Arbeidsomstandighedenwet

Normen zoals de NEN 3140, NTA 8220 en NEN 1010 zijn geen wetten, maar "best practices" die er voor zorgen dat niet iedereen het wiel opnieuw hoeft uit te vinden. De NEN 3140 geeft een goede invulling aan de eis van een veilige werkomgeving zoals te vinden in de Arbeidsomstandighedenwet.

Artikel 3.4. Elektrische installaties

  1. Elektrische installaties zijn zodanig ontworpen, ingericht, aangelegd, onderhouden en gekenmerkt, dat een veilig gebruik van elektriciteit zo goed mogelijk is gewaarborgd. Hiertoe zijn de nodige voorzieningen en beschermingsmaatregelen aangebracht. Daarbij is rekening gehouden met bijzondere eisen die kunnen voortkomen uit de wijze van het gebruik, de gebruiksomstandigheden, de te verwachten uitwendige invloeden en onderhoudswerkzaamheden.
  2. In een elektrische installatie zijn doeltreffende maatregelen genomen tegen het gevaar van brand, ontploffing, directe en indirecte aanraking en te dichte nadering.
  3. Van iedere elektrische installatie zijn duidelijke, steeds bijgewerkte schema’s beschikbaar alsmede alle overige gegevens die nodig zijn voor een veilig gebruik van de elektrische installatie.
  4. Het derde lid is niet van toepassing op elektrische installaties voor laagspanning van beperkte omvang.

Artikel 3.5. Elektrotechnische, bedienings- en andere werkzaamheden aan of nabij een elektrische installatie

  1. Elektrotechnische werkzaamheden en bedieningswerkzaamheden die gevaren kunnen opleveren, worden door deskundige, voldoend onderrichte en daartoe bevoegde werknemers uitgevoerd.
  2. Een ruimte waarin zich een elektrische installatie voor hoogspanning bevindt waarvan de delen niet of onvoldoende zijn beschermd tegen direkte of indirekte aanraking dan wel te dichte nadering, wordt slechts betreden in aanwezigheid van een tweede daartoe bevoegd persoon.
  3. Werkzaamheden aan of in de nabijheid van een elektrische installatie worden slechts uitgevoerd, indien de installatie of het gedeelte waaraan of in de nabijheid waarvan wordt gewerkt, spanningsloos is.
  4. De daartoe bevoegde werknemer neemt doeltreffende maatregelen om een veilig verloop van de werkzaamheden te waarborgen.
  5. Het derde lid is niet van toepassing op werkzaamheden die worden verricht aan of in de nabijheid van een elektrische laagspanningsinstallatie, indien:
       a. de dringende noodzaak van het onder spanning uitvoeren van die werkzaamheden is aangetoond;
       b. tot het uitvoeren van die werkzaamheden door de daartoe bevoegde werknemer uitdrukkelijk opdracht is gegeven, en
       c. de installatie tevens geschikt is voor het onder spanning uitvoeren van die werkzaamheden en door de daartoe bevoegde werknemer doeltreffende maatregelen zijn genomen om de aan die werkzaamheden verbonden gevaren te voorkomen.
  6. Het derde lid is niet van toepassing op werkzaamheden die worden uitgevoerd aan of in de nabijheid van een elektrische installatie voor hoogspanning, bestaande uit:
       a. het nemen en opheffen van veiligheidsmaatregelen, waaronder begrepen het met geschikt materieel knippen of schieten van kabels;
       b. het uitvoeren van metingen en beproevingen, of
       c. het reinigen van elektrisch materieel.
  7. Werkzaamheden bestaande uit het reinigen van elektrisch materieel in een elektrische installatie voor hoogspanning als bedoeld in het zesde lid, onder c, worden slechts uitgevoerd, indien:
       a. tot het uitvoeren van die werkzaamheden door de daartoe bevoegde werknemer uitdrukkelijk opdracht is gegeven;
       b. gebruik wordt gemaakt van de voor deze werkzaamheden geschikte arbeidsmiddelen, reinigingsmiddelen en PBM, en
       c. de werknemers zich met de arbeidsmiddelen waarmee zij fysiek in contact staan, niet behoeven te begeven in de gevarenzone van de installatie of delen daarvan die onder spanning staan.

Bovenstaande teksten zijn overgenomen op 18 juli 2016. Zie voor de laatste versie wetten.overheid.nl.

Burgerlijk Wetboek en verzekeraars

Naast de hier genoemde artikelen uit de arbowetgeving is ook artikel "werkgeversaansprakelijkheid" uit het Burgerlijk Wetboek (7:658 BW) van toepassing:

Burgerlijk Wetboek Boek 7 - Artikel 658 (18 juli 2016) "De werkgever is verplicht de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze in te richten en te onderhouden alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt"

Als laatste is de NEN 3140, en dan specifiek voor de onderdelen betreffende inspecties van elektrische installaties en arbeidsmiddelen, vaak de beste methodiek om te voldoen aan voorwaarden vanuit uw (brand-)verzekeraar.

Arbobeleidsregels en Arbocatalogi

NEN 3140 was voorheen ook genoemd in een beleidsregel op basis van artikel 3.5 van het Arbobesluit. Met het vervallen van de arbobeleidsregels is de grondslag van de verplichtende werking van de NEN 3140 echter niet vervallen.

Zowel handhavers van de overheid (inspectie SZW, voorheen Arbeidsinspectie) als verzekeraars (bijvoorbeeld bij afspraken over het werken onder spanning) houden de voorschriften uit de NEN 3140 aan bij handhaving en contractvorming. Verwijzingen naar NEN 3140 staan verder in een groot aantal Arbocatalogi.



Definities van NEN 3140

»

Op deze pagina worden enkele belangrijke begrippen uit de NEN 3140 uitgewerkt. In de norm zelf staan de volledige, originele, teksten.

Bedrijfsvoering

Het beheer noodzakelijk om de elektrische installatie en elektrische arbeidsmiddelen onder alle omstandigheden te kunnen laten werken;

inclusief alle elektrotechnische en niet-elektrotechnische werkzaamheden, zoals schakelen, regelen, bewaken en onderhoud.

Elektrische arbeidsmiddelen

Machines, gereedschappen, persoonlijke beschermingsmiddelen, apparaten, voorzieningen, hulpmiddelen die bij het gebruik een elektrotechnisch veiligheidsrisico kunnen opleveren.

Elektrische installaties

Installaties ontworpen voor de opwekking, het transport, de omzetting, de distributie en het gebruik van elektrische energie;

deze kunnen tijdelijk, permanent, plaatsgebonden en verplaatsbaar zijn;

deze kunnen ook een deel zijn van omvangrijke machines.

NEN 3140

"Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Laagspanning". De Nederlandse norm (NEN) voor veilige bedrijfsvoering van werkzaamheden nabij, aan of met elektrische objecten in het laagspanningsgebied tot 1000 Volt wisselspanning en 1500 V gelijkspanning.

Installatieverantwoordelijke (IV)

De persoon aangewezen als zijnde direct verantwoordelijk voor de veilige bedrijfsvoering.

Werkverantwoordelijke (WV)

De persoon aangewezen als zijnde direct verantwoordelijk voor de veiligheid van werkzaamheden.

Vakbekwaam Persoon (VP)

Een persoon aangewezen en met een relevante opleiding en ervaring voor de door hem uit te voeren werkzaamheden waardoor hij in staat is gevaren veroorzaakt door elektriciteit te onderkennen en  voorkomen.

Voldoende Onderricht Persoon (VOP)

Een persoon aangewezen en voldoende geïnstrueerd voor specifieke taken, werkzaamheden en het gebruik van elektrische arbeidsmiddelen waardoor hij in staat is gevarenveroorzaakt door elektriciteit te onderkennen en  voorkomen.

Leek

Een persoon die geen installatieverantwoordelijke, werkverantwoordelijke, vakbekwaam persoon of voldoende onderricht persoon is.

 

NEN 3140



NEN 3140 explained in English

»

The NEN 3140 "Operation of electrical installations - Low voltage" (Dutch: "Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Laagspanning") is the Dutch version of the European standard EN 50110-1. The NEN 3140 is a partial translation of the EN50110-1 and builds on that with a number of Netherlands specific rules. The NEN 3140 implements a number of legal requirements outlined in workplace safety legislation.

The standard applies to all electrical systems with a nominal voltage of up to 1000 VAC or 1500 VDC. Higher voltage are covered in the standard NEN 3840 "Bedrijfsvoering van elektrische installaties - Hoogspanning".

Electrical systems are defined by the standard as all the equipment used to generate, transport, convert, distribute and use electrical energy. This includes stored energy in batteries and capacitors.

The standard discusses both the daily operational-, and the maintenance component of electrical systems. Inspections on installations and equipment (PAT testing) are an important part of the standard.

Before receiving their assignment letter employees who work on- or with electrical installations require instruction according to the Dutch standard NEN 3140 "Operation of electrical installations - Low voltage".

Electrical installations are managed by a “Responsible for the Installation” (Installatieverantwoordelijke), and work on installations will be managed by a “Responsible for the Working” (Werkverantwoordelijke). These persons also require an assignment letter.

AREPA Inspexx can answer your questions on (commissioning-) inspections and training requirements.



Voorbeeld: aanwijsbrief NEN 3140

»

Alle personen, met uitzondering van leken, behoren schriftelijk te worden aangewezen.

Het is hierbij noodzakelijk dat zowel de persoon die aanwijst als de persoon die wordt aangewezen ervan overtuigd zijn dat aan alle voorwaarden wat betreft kennis, opleiding, middelen etc. is voldaan.

Een aanwijsbrief bevat minimaal

  • Naam, geboortedatum, functie en handtekening van de aan te wijzen persoon.
  • Ingangsdatum van de aanwijzing. Hierbij is de geldigheidsduur optioneel maar een goede werkwijze is om deze aan de instructie interval te verbinden.
  • Het soort aanwijzing (IV, WV, VP, VOP).
  • Een beschrijving van de installaties, ruimten en werkzaamheden waarvoor de aanwijzing geldig is.
  • Een beschrijving van de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de aanwijzing.
  • Een beschrijving van de voor de persoon beschikbare gereedschappen, hulpmiddelen en PBM.
  • Plaats en datum van de aanwijzing.
  • Naam, functie en handtekening van de persoon die aanwijst.

Aanwijsbrief Vakbekwaam Persoon

Onderstaande aanwijsbrief is een algemeen toepasbare aanwijsbrief voor het aanwijzen van personen als Vakbekwaam Persoon.

Deze aanwijsbrief kan als basis dienen voor een specifieke implementatie binnen uw organisatie. Hierbij is het belangrijk dat de aanwijsbrief is gericht op de feitelijke situatie, de persoon onderricht heeft ontvangen en de werkzaamheden in procedures zijn beschreven.

 

Aanwijzing volgens NEN 3140 bepaling 4.2.101

Naam:

Functie:

Geboortedatum:

Is met ingang van DAG MAAND JAAR door ondergetekende aangewezen als

Vakbekwaam Persoon (VP)

in het kader van de NEN 3140:2011 + A3:2019

Deze aanwijzing is geldig tot uiterlijk DAG MAAND JAAR.

Deze aanwijzing is geldig voor de volgende elektrische installaties:

  • Naam / locatie installatie

Deze aanwijzing is geldig voor:

  • Het uitvoeren van elektrotechnische werkzaamheden zoals beproeven en meten, repareren, vervangen, aanpassen, uitbreiden en installeren;
  • Het, na toestemming van de IV/WV, schakelen in deze installaties.
  • BEDRIJFSSPECIFIEKE AFSPRAKEN
  • …………………………………………………………………………………..

Deze aanwijzing geldt niet voor:

  • BEDRIJFSSPECIFIEKE UITSLUITINGEN
  • …………………………………………………………………………………..

De aangewezene verklaart:

  • Instructie te hebben ontvangen over het veilig werken aan elektrische installaties conform de NEN 3140;
  • Specifiek instructie te hebben ontvangen over het werken onder spanning;
  • Een “cursusboek NEN 3140” te hebben ontvangen;
  • Op de hoogte te zijn met de binnen de organisatie geldende procedures met betrekking tot het werken aan elektrische installaties;
  • …………………………………………………………………………………..

De werkverantwoordelijke verklaart dat de aangewezene de beschikking heeft over:

  • de gereedschappen, hulpmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van bovenstaande werkzaamheden.

 

Plaats: LOCATIE

Datum: DAG MAAND JAAR

 

 

NAAM AANWIJZER                                                                       NAAM AAN TE WIJZEN PERSOON



Voorbeeld: bepalen van de instructiefrequentie

»

Volgens de NEN 3140 hoort de instructie periodiek te worden herhaalt. Het is aan te raden om dit per categorie aangewezen persoon uit te voeren en vast te leggen.

Voor het bepalen van de tijd tussen twee opeenvolgende instructie geeft de norm in bijlage E een handvat. De volgende factoren worden hierbij in acht genomen:

  1. Ervaring van de personen
  2. Aard van de werkzaamheden
  3. Frequentie waarmee de werkzaamheden worden uitgevoerd
  4. Werkomstandigheden
  5. Omgeving van de werkplek
  6. Mate van toezicht
  7. Mate van verandering van de werkzaamheden
  8. Ervaring met betrekking tot (bijna) ongevallen

Uitvoeren van de methodiek

Elke factor krijgt een getalweging (de rechter kolom). Met alle factoren opgeteld kan dan een instructietermijn worden afgelezen uit figuur E1.

Enkele voorbeelden van veel voorkomende instructietermijnen zijn:

  • 40 punten (twee jaar)
  • 30 punten (twee en een half jaar)
  • 20 punten (drie jaar)

De factoren en getalwegingen

A. Ervaring van de personen

Veel 0
Weinig 10

 

B. Aard van de werkzaamheden

Eenvoudig 0
Gemiddeld 5
Complex 10

 

C. Frequentie waarmee de werkzaamheden worden uitgevoerd

Zelden 5
Regelmatig 0
Vaak 5

 

D. Werkomstandigheden

Volledig spanningsloos. 0
Regelmatig in de nabijheid van actieve delen. 5
Zo nu en dan onder spanning werken. 10

 

E. Omgeving van de werkplek

Overzichtelijk en met weinig gevaren. 0
Onoverzichtelijk of met veel gevaren. 10

 

F. Mate van toezicht

Zelden 10
Regelmatig 5
Voortdurend 0

 

G. Mate van verandering van de werkzaamheden

Weinig 5
Regelmatig 0

 

H. Ervaring met betrekking tot (bijna) ongevallen

Er is geen betrouwbare informatie beschikbaar. 10
Er is geen sprake van ernstige (bijna) ongevallen. 0
Er hebben één of meer ernstige (bijna) ongevallen plaatsgevonden. 10

 

De informatie op deze pagina is een verkorte weergave van de methodiek in bijlage E. De volledige methodiek, inclusief teksten van de wegingsfactoren en figuur E1, is te vinden in de NEN 3140 (copyright NEN, www.nen.nl).



Voorbeeld: inspectiefouten

»

Hieronder staan enkele voorbeelden van diverse afwijkingen en fouten aangetroffen tijdens inspecties van elektrische installaties. Foto's en beschrijvingen zijn afkomstig van rapportages opgesteld door inspecteurs van AREPA Inspexx. Een gedeelte zijn typische installatiefoutjes.. en andere komen uit ondeskundig gebruik.



 

Recent nieuws

Lees ons laatste nieuws en blijf op de hoogte van wat er gebeurt binnen AREPA en in de reconditionerings-industrie!

Lees meer »